Organisaties voor voorzichtige opening 1 juni

De drie organisaties zijn Vereniging Professionele Frituurders (ProFri); - Nederlands Horeca Gilde (NHG); - Vereniging Chinese-Aziatische Horeca Ondernemers (VCHO) hebben de krachten gebundeld en spreken minister Grapperhaus aan in een open brief om ''4 punten in overweging te nemen die bij groenlicht van het OMT een herstart van de horeca ten goede komen, zonder afbreuk aan de richtlijnen van het RIVM en aan de noodmaatregelen die nu van toepassing zijn''.

Als reactie op de adviesstukken van KHN zijn de organisaties ProFri, NHG en VCHO, goed voor een een achterban van ruim 10.000 horecabedrijven, een lobby gestart voor een voorzichtige opstart van de horeca. Deze aanpak verschilt van zoals KHN het voor zich ziet. 

Monopolisering KHN

Nederland telt ruim 60.000 horecabedrijven, waarvan er circa 20.000 lid zijn van KHN. Onder de 40.000 niet-leden van KHN bevinden zich de nodige specialistische horecabedrijven die hun eigen brancheorganisaties hebben. In de brief aan Minister Grapperhaus van een paar van deze organisaties staat te lezen: ''We betreuren het dan ook dat KHN de situatie rondom de coronacrisis monopoliseert, waardoor er onvoldoende tegengeluid uit markt hoorbaar is in Den Haag. Wij hebben diverse voorstellen voor maatregelen die de horeca door deze moeilijke periode heen kunnen helpen en het spreekt vanzelf dat wij graag verder hierover meedenken en -spreken.''

Brief Grapperhaus 

Met de brief willen de verenigingen aandacht vragen het volgende: ''Anders dan KHN pleiten wij voor een voorzichtige opstart van de horeca. Wij zijn van mening dat KHN met hun deze week gepresenteerde ‘Protocol Heropening Horeca’ te hoog inzet door ondernemers in deze fase te veel vrijheid te geven. Ook de inhoud van het protocol vinden wij op onderdelen niet passen binnen de route die door de overheid en de veiligheidsregio’s is gekozen om Nederland weer op gang te krijgen. Het veroorzaakt niet alleen verwarring bij ondernemers, maar vooral ook bij de bevolking die staat te popelen om er weer op uit te kunnen gaan. Niet voor niets zijn er ook horecaondernemers die het niet raar zouden vinden als door u en uw collega’s besloten zou worden de horeca pas op dinsdag 2 juni weer open te stellen in plaats van maandag 1 juni, tweede Pinksterdag. Wij willen als trio in elk geval geen fouten op ons geweten hebben.''

In de brief wordt verder gevraagd de volgende punten in overweging te nemen:

1. Net zoals voor de bioscopen gaat gelden, zouden we graag ook voor de horeca het maximumaantal van 30 personen per locatie aangepast willen zien in maximaal 30 personen per zaal/ruimte binnen de locatie mits de routing ernaar toe dit toelaat. Dit doet meer recht aan de verschillende type horecabedrijven, waar het aantal zitplaatsen sterk uiteenloopt. Een eetgelegenheid met 20 zitplaatsen kan niet vergeleken worden met een restaurant met 600 of meer zitplaatsen, of een hotel met meerdere gastenruimtes. Deze aanpassing zal de levensvatbaarheid van veel horecabedrijven ten goede komen.
2. Het in de persconferentie genoemde maximumaantal van 30 personen per 1 juni en 100 personen vanaf 1 juli is nu inclusief alle personeelsleden. Dit zouden we graag aangepast willen zien in inclusief het personeel wat in diezelfde ruimte voor het verrichten van hun werkzaamheden verblijven. Het keukenpersoneel is veelal werkzaam in een afzonderlijke productieruimte met een eigen toegang en voorzieningen.
3. 1,5 Meter afstand blijft vanzelfsprekend voorlopig de algemeen geldende norm. De mogelijkheid zou geboden moeten worden om hiervan af te kunnen wijken indien door het plaatsen van (transparante) schermen tussen of óp de tafels eventuele besmetting wordt voorkomen (zie onderstaande foto’s). In Hongkong worden dit soort schermen veelvuldig in de eetgelegenheden gebruikt en daar zie je dat het besmettingspercentage één van de laagste ter wereld is. Op deze manier zouden we bij de herstart van de horeca in elk geval twee mensen die elkaar kennen aan één tafel kunnen laten plaatsnemen. Nu mogen twee mensen die samen niet één huishouden vormen ook samen in een auto zitten, zonder dat ze een boete krijgen.
4. Mensen die samen één huishouden vormen (zoals gezinnen) moeten te allen tijde aan een tafel mogen plaatsnemen, zonder dat ze onderling de 1,5 meter in acht hoeven te nemen. Dit moet losgezien worden van de mogelijke problemen omtrent de handhaving ervan. Hierbij mag een beroep gedaan worden op de verantwoordelijkheid van de ondernemers en op de eigen verantwoordelijkheid van de bevolking.